Ruim één derde van de Flevolandse werkgelegenheid bevindt zich in sectoren die op korte termijn hard worden geraakt door de coronacrisis. Dat blijkt uit een analyse gemaakt door de provincie.
Van de ruim 190.000 banen in Flevoland zitten er dus zo’n 65.000 in de hoek waar als eerste de klappen vallen. “Dan doen we nog geen uitspraak of die banen direct in gevaar zijn, maar ze zijn kwetsbaar en de impact is enorm groot”, zegt gedeputeerde Jan-Nico Appelman.
Sectoren die het zwaar te verduren hebben zijn met name de detailhandel, uitzendbranche, sierteelt, logistiek en de culturele sector. In het document wordt als voorbeeld genoemd dat het aantal pintransacties in kledingzaken met bijna tachtig procent is gedaald vergeleken met een jaar geleden.
Helpende hand
De provincie wil de helpende hand uitsteken naar bedrijven die het moeilijk hebben, maar kan dat niet doen door de portemonnee te trekken en massaal leningen te verstrekken. “Het blussen van de brand is echt een Rijkstaak. Het Rijk creëert ook overheidstekorten en begrotingstekorten om dat geld vrij te maken. Dat gaan provincies en gemeenten niet doen”, legt Appelman uit.
Op andere manieren kan de provincie wel hulp bieden. Zo worden ondernemers bijgestaan bij het aanvragen en uitrollen van alle landelijke steunmaatregelen. Bovendien wordt er meegewerkt aan het opstellen van nieuwe overheidsregelingen. Verder wil de provincie alvast vooruitkijken naar wat het kan doen op het moment dat de economie weer op gang komt.
Buiten de provinciegrenzen
Dat één derde van de werkgelegenheid in Flevoland zich bevindt in sectoren die hard geraakt worden door de crisis geeft nog niet het volledige beeld. De helft van de Flevolandse beroepsbevolking werkt namelijk buiten de provinciegrenzen.
Al met al is de gedeputeerde niet erg optimistisch gestemd. “Je ziet dat ondernemers doen wat ze kunnen. Er is enorm veel creativiteit in sectoren die nu bijna helemaal op slot zitten. Maar als je bijvoorbeeld kijkt naar de cultuur- en evenementenbranche: dan is het gewoon ontzettend moeilijk alternatieven te bedenken.”
In zijn algemeenheid geldt volgens Appelman dat alle creatieve ideeën en concepten bij lange na niet het omzetverlies goedmaken wat de bedrijven nu lijden. “Deze situatie moet dan ook niet te lang meer duren. We zullen echt op korte termijn moeten nadenken over de anderhalve-meter-economie om de economische schade zoveel mogelijk te beperken.”
