Van de redactie Nieuwe Nederlanders – Saqr Alsonidi, Jemenitische schrijver en journalist
Ik ben nog steeds in verwarring en weet niet zeker of wat ik deed juist was of niet.
Het begon allemaal toen mij gevraagd werd verhalen voor te lezen aan kinderen die uit oorlogsgebieden kwamen, in hun moedertaal, het Arabisch.
In een school in een Nederlandse stad, samen met mijn vriend Bishr Amin, vond ik tussen de verhalen een verhaal waar ik eigenlijk voor wilde vluchten. Maar de kinderen, die met hun families in vluchtelingenkampen woonden, vroegen juist om dat verhaal.
Ik wist dat het niet geschikt was voor hun leeftijd.
Niet alleen dat, het was ook niet geschikt voor hun situatie.
Een kind dat uit een oorlogsgebied komt, moet ik geen verhaal vertellen dat door geweld wordt gedomineerd. Integendeel, ik zou hem een verhaal moeten vertellen dat hem de schoonheid van de wereld om hem heen laat zien.
Ik herinnerde me wat iemand ooit zei: “Als een gevangene met je praat, vertel hem dan niet over de wreedheid van het gevangenisleven, want dat is een realiteit die hij elke dag beleeft. Vertel hem over vrijheid, over de grootsheid van het vrij zijn en het kunnen zeggen wat je wilt, wanneer je wilt.”
Het verhaal dat ik moest voorlezen heette *Ali Baba en de Veertig Rovers*. Ik begon het verhaal voor te lezen, met af en toe een kleine aanpassing. Maar telkens als ik het verhaal een beetje wilde veranderen, werden de ogen van de kinderen groter, en probeerde ik er iets creatiefs van te maken.
Totdat ik op een moeilijk moment kwam voor een kind dat de dood al met eigen ogen had gezien.
In het verhaal werden de veertig rovers in kruiken gestopt, en Ali Baba begon pijlen op hen af te schieten om ze te doden.
Ik zei tegen de kinderen: “Hij rolde de kruiken om, zodat de rovers duizelig zouden worden en zouden stoppen met doen wat ze deden.”
Maar de kinderen braken hun stilte.
“Nee, dat is niet wat er gebeurde! Hij doodde hen.”
Op dat moment zei ik tegen hen:
“De personages in verhalen zijn niet echt, en de schrijver mag met hen doen wat hij wil. Net zoals de lezer het recht heeft om vrij te zijn en de personages te redden of hen een laatste kans te geven. En wij geven hen hier een laatste kans. Als ze weer slechte dingen doen, zal de straf zwaarder zijn.”
De kinderen accepteerden dit en in plaats van een triest moment, maakten we samen een mooi en grappig moment.
Maar de vraag blijft: was wat ik deed juist of niet?
Het ingrijpen in de loop van een verhaal in strijd met wat de auteur bedoelde.
Wat als het een waargebeurd verhaal was? Heb ik dan het recht om het te veranderen?
Alles hangt af van je inschatting, en ik schatte in dat dit beter was.
Het doel van verhalen is immers om de wereld een beetje warmer te maken.
Als de kinderen groot zijn, zullen ze begrijpen dat ik bang was dat ze nog meer dood zouden ervaren, naast wat ze al wisten.
Ze zullen beseffen dat ik niet hard genoeg was om hen te vertellen over de dood van veertig mannen, mannen met hun eigen families, kinderen en levens.
Misschien zullen ze zich alleen herinneren dat ik hen niet de waarheid heb verteld en dat ik sympathie had voor een groep rovers.
Misschien, misschien niet. Maar wat nu door mijn hoofd gaat, zijn de glimlachjes van de kinderen, die ik meng met de lach van mijn eigen zoontje, die ik al twee jaar niet heb gezien. Ik liet hem achter toen hij zes maanden oud was, en nu kan hij al veel woorden zeggen, waaronder mijn naam, die hij uitspreekt met een glimlach.
Saqr Alsonidi, Jemenitische schrijver en journalist heeft een boek met de titel ‘Raafat’s Journey’. verkend ons land en onze geschiedenis.
Omroep Almere geeft onze nieuwe Nederlanders een plek om hun verhaal te kunnen delen.