Staatsbosbeheer kiest een andere aanpak voor het onderhoud van het Kromslootpark. De schapen verdwijnen uit het landschap en er wordt een vochtig hooiland aangelegd.
Volgens Staatsbosbeheer is het een spannende transformatie. Die heeft als doel dat extra natuurwaarden ontstaan. De grazende schapen houden met hun mest de komst van bijzondere planten tegen. Die kunnen zich in het park juist goed ontwikkelen.
Door het nieuwe maaibeheer komt er meer licht op de bodem, waardoor er geschikt habitat ontstaat voor soorten zoals de moeras-wespen-orchis en moeras-kartelblad. Door een toename aan bloeiende kruiden zal er ook een toename zijn van insecten, zoals bijvoorbeeld het hooibeestje en de moerassprinkhaan. Dit brengt weer met zich mee dat er extra voedselaanbod ontstaat voor vogels, zoals de graspieper en de gele kwikstaart.
Daarnaast blijft Staatsbosbeheer de recreatievoorzieningen ook beheren, zodat bezoekers kunnen blijven genieten van het park. Ook de reuzenberenklauw, die nu door schapen weggehaald wordt, zal door eigen inzet van Staatsbosbeheer en met samenwerkende partijen en bewoners worden beheerd om verdere verspreiding tegen te gaan.