Drie van de zes gemeenten in Flevoland blijven met hun aardgasverbruik onder het prijsplafond van 1200 kuub (m³) dat door het kabinet is ingesteld. Alle zes de gemeenten stijgen met hun elektriciteitsverbruik daarentegen boven de plafondwaarde van 2900 kilowattuur (kWh) per jaar uit. Dat blijkt uit onderzoek van energiebedrijf Zonneplan, op basis van de regionale verbruiksdata van het CBS. Hoeveel een huishouden met het jaarverbruik boven of onder de plafonds zit, heeft gevolgen voor de hoogte van de energierekening.
Prijsplafond gas
In Flevoland blijven de gemeenten Lelystad, Zeewolde en Almere met hun verbruik onder het gestelde gasplafond van 1200 m³ per jaar. Dit heeft volgens Zonneplan twee belangrijke redenen. Ten eerste is de gemeente Almere nummer één in het lijstje koplopers van Nederland met 58,6 procent aardgasvrije woningen. Dit komt doordat Almere is aangesloten op stadsverwarming. Het gemiddelde gasverbruik in Almere ligt dan ook slechts op 470 m³. Ook in Lelystad (16,1 procent) en Zeewolde (18,4 procent) is een groot aantal woningen voorzien van stadswarmte.
Ten tweede hebben Flevolandse woningen gemiddeld energielabel B. 42 procent van de woningen in Flevoland heeft zelfs label A. Een flink verschil met nummer twee Utrecht: daar heeft 26 procent van de woningen label A. Slechts een erg klein deel van de woningen in Flevoland heeft een laag energielabel. In de Noordoostpolder heeft toch nog 56 procent van de woningen een label van C of lager. Het zijn vaak deze huizen met lagere energielabels waar de verduurzaming stagneert, resulterend in een hoger gasverbruik. De gemeenten in Flevoland zijn relatief jong, met weinig oude, slecht geïsoleerde woningen. Deze bevindingen hangen sterk samen met het betrekkelijk lage gasverbruik in Flevoland.
Elektriciteitsplafond
Alle zes de Flevolandse gemeenten zitten boven het elektriciteitsplafond van 2900 kWh. Dit kan worden verklaard door recent onderzoek van Zonneplan: elektrisch rijden is verreweg het populairst onder inwoners van Flevoland en daarnaast bezit één op de zeven huishoudens een warmtepomp, tegenover één op de dertien Nederlanders. Deze transitie resulteert weliswaar in een afname van het gasverbruik, maar toename van het elektriciteitsverbruik.
Desalniettemin bepaalt gasverbruik voor het grootste deel de energierekening. Huishoudens die niet meer verbruiken dan de plafondwaardes, betalen nooit meer dan de maximumprijs van 1,45 euro per m³ en 40 cent per kWh. Voor het verbruik boven de plafonds betaalt een huishouden het volledige, hoge bedrag. Wanneer het prijsplafond ingaat op 1 januari 2023, is inzicht in eigen energieverbruik daarom belangrijker dan ooit.
